vrijdag 3 mei 2013

Druiven planten

De uitzonderlijke en strenge vorst van vorig jaar februari heeft nog steeds zijn verlate, nagekomen effecten. Druivenstokken die eerst nog o.k. leken - ze liepen vorig jaar lente nog 'gewoon' uit - bleken in de loop van het groeiseizoen alsnog in te storten, qua groei, en opbrengst - maar soms ook letterlijk. De plant was dan op of rondom de ent zover kapotgevroren dat hij op zo'n plek (vaak met infecties erbij) gewoon brak. Zoeentje was dan ook maar moeilijk te rooien.

Op de wijngaard in de Achterhoek waar we nu zijn gaat het om zo'n drie rijen van elk honderd stokken Cabernet Blanc, die het niet overleefd blijken te hebben. De rijen worden herplant met evenveel Souvignier Gris, de veelbelovende nieuwe druif waarvan eenieder wel wat in huis wil hebben. Bijvoorbeeld als mooie kruidige blendingpartner voor de Johanniter.
 
De Souvignier Gris is een makkelijke plant in de wijngaard. We merkten in maart, bij het aanbuigen, dat we onze eigen, drie jaar oude exemplaren gerust in hoepeltjes hadden kunnen buigen: zo soepel, toen al, waar Johanniter of Solaris nog alleenmaar breuk op breuk zouden geven. De sapstroom was door de kou en vorst immers nog niet of nauwelijks op gang. Bovendien is het een soort die inderdaad bijna totaal immuun lijkt te zijn, tot nu toe althans, voor de bekende schimmels. Spuiten is bijna onnodig - hoogstens preventief tegen de Schwarzfäule, bij ons. Mooie, ordelijke rechtopgaande groei, mooie rode trossen, gewild bij de vogels, zie: http://wijnbouw.blogspot.nl/2012/10/noodgedwongen-de-souvignier-gris-is.html
    

Grondboor

Maar vandaag herplanten dus. Niet met de plantmachine, daarvoor is driehonderd te weinig, en bovendien zouden dan de al bestaande palen en draden in de weg zitten. Daarom een grote grondboor, diameter 30 cm, met benzinemotor, die zich met groot gemak door de Dremptse rivierklei kan ploegen. Althans, dat was het idee.
 

In werkelijkheid bleek de kleigrond op dit moment toch vrij droog, en ging het maken van de plantgaten met de spade zeker zo makkelijk, en wel zo comfortabel... Hier een nagekomen, zeldzame foto van een plantgat, handgemaakt ;-)



De techniek op deze klei is, of je nu boort of schept: je maakt het gat wat dieper dan nodig, zodat je een beetje rulle grond eerst terug in het gat kunt doen. Dat komt de worteling ten goede.

Ook is zeer van belang - maar dat geldt voor alle grondsoorten - dat de wortels niet aan de randen van het pantgat naar boven krullen bij het planten. De stok een draai geven, tussen de vingers, maakt in zo'n geval dat de wortels iets gedraaid maar wel horizontaal in het plantgat gaan liggen. Waar dit euvel dreigt kun je overigens beter grotere plantgaten maken, of desnoods de wortels nog iets bijknippen, tot zo'n 10 cm lengte. De stokken vóór het planten eerst een nacht in water, om ze goed vocht te laten opnemen.


Net boven de grond

De planten, de bewortelde stokken, worden niet te hoog geplant: de ent net boven de grond is goed. Je kunt bij het planten een lat midden over het plantgat leggen, om te kunnen zien hoe hoog of laag de ent boven maaiveld zal komen. Je plant vrij laag bij de grond, omdat er in de loop der jaren een groot verschil kan groeien tussen de dikte van de onderstam (die vrij dun blijft) en die van de edele druif, in dit geval de Souvignier Gris, die vele malen dikker worden kan. Bij te hoge planting zou de druif na een jaar of tien, onder het gewicht van een volle loofwand in de zomer, door zijn hoeven, d.w.z. zijn dunne onderstam kunnen zakken en kapot gaan.


Dauwwortels
Iets dieper planten heeft nog een ander groot voordeel. Als je de bewortelde stok bekijkt die de onderstam is, blijkt dat die in ongeveer het midden meestal een zichtbare verdikking heeft: een knoop in de twijg die voor de onderstam gebruikt werd. Deze verdikking, deze knoop, is behoorlijk belangrijk, omdat juist daar een horizontale krans van zogenaamde 'dauwwortels' uit groeien gaat, zo'n 25 cm onder de grond. En de naam zegt het al: als de plant, vooral in zijn jongere jaren met droogte te maken krijgt, kunnen juist deze ondiepe wortels veel eerder gebruikmaken van het vocht van dauw, of van een schaarse regenbui. Bovendien, als je een bemesting strooit, bijvoorbeeld stikstof, zeg koemest(korrels), of magnesium en/of kali, ijzer, of wat ook: ook nu zijn de dauwwortels er het eerste bij om het gebodene op te nemen. Op de volgende foto een paar bewortelde stokken, vóór het planten: let op de verdikkingen, de knopen, midden op het onderstammetje.


Niet te vroeg
Planten zijn vaak beschikbaar vanaf de laatste week april. Het duurt een dag of veertien vóór de eerste rode puntjes door de entwas heen komen - het eerste levensteken van de plant. Wanneer dit moment nog dik in de ijsheiligen valt (zo tot 15-16 mei), loop je onnodig risico op late nachtvorst op klomp- of enthoogte. Planten (of ophalen van de stokken) doe je daarom het liefst een paar dagen in mei. Wanneer je dan veertien dagen verder bent is het vorstgevaar gewoonlijk geweken.



Copyright (c) Jet Wester 2013