dinsdag 5 maart 2013


Het eerste seizoenswerk

Het wordt een beetje lente, althans zo lijkt het, en in de statistieken van het weblog zien we opeens zoekopdrachten voor spuitmiddelen verschijnen. Vandaar dat we, een beetje vroeg nog, alvast een stukje wijden aan het eerste spuitwerk in de wijngaard, in het voorjaar.

 
Zwavel
Het is goed gebruik om na het aanbuigen van de druivenstokken, de planten te bespuiten met zwavel. Dat mag, wanneer er nog geen blad is, zelfs in een dubbele dosis. Wie bijvoorbeeld Microsulfo van Bayer gebruikt, te vinden in het bio-hoekje van het tuincentrum, mag deze eerste keer in plaats van 5 ml, 10 ml poeder op een liter water  spuiten.

In deze, bladloze fase heb je nog maar weinig spuitmiddel nodig: 2, hoogstens 3 liter volstaat voor zo'n 100 stokken, druipnat & van top tot teen. Een vervolgkuurtje met een enkele dosis na het drieblad-stadium (als de scheuten zo over de tien cm zijn) is daarbij verstandig.

Zwavel is toegelaten in alle teelten, ook de biodynamische. Rudolf Steiner was zelfs erg van het spul begeistert.

 
Wat doet zwavel in deze fase? Het zorgt in de eerste plaats dat schadelijk klein gedierte bestreden wordt. Vooral galmijten (bobbels op het blad, witte pluis eronder, in de holten van de bobbels) en kroesmijten die zich op de stokken verstopt hadden worden gepakt.

Maar ook een ernstige schimmel als de phomopsis oftewel zwartevlekkenziekte, die je echt niet wilt, wordt voorkómen met een genereuze dosis zwavel vóór de uitloop. En last but not least werkt zwavel tegen de echte meeldauw of oidium.
 

Oidium

Vanwege deze oidium-bestrijding, verdient het echter aanbeveling om met het spuitwerk nu nog even te wachten. Verstandig is om te spuiten als in april de knoppen gaan zwellen. De laatste jaren hebben we in onze regionen plaatselijk veel last gekregen van de echte meeldauw, waar we niet op bedacht waren. De schimmel kan zich genesteld hebben in de knop. Bij de uitloop strijkt de pluis van de knop langs het jongste groen, en de kans bestaat daarbij op een erg lelijke infectie van echte meeldauw, direct al, op de jongste scheuten, die daarbij wit uitslaan en de plant verder infecteren.

Zulke aangetaste jonge scheuten worden in het Duits Zeigertriebe genoemd, in het Frans drapeaux. Ze zien er zo uit:

 
Hier een Franstalige:


 
Bespuitingen met zwavel op het kale hout werken daarom het best tegen oidium wanneer je het vrij laat doet: bij het zwellen der knoppen. Op die manier voorkom je infecties bij de uitloop, van zelfs hele scheuten. Deze late bespuiting verdraagt zich ook goed met een werking tegen mijt en phomopsis.
 
Tenslotte: een bespuiting met zwavel in april zou als bij-effect ook de uitloop iets kunnen vertragen. Wij zelf beschouwen dat als een extra voordeeltje, vanwege de gevaren van de late nachtvorst. Een wat late uitloop is wat ons betreft prima!



Bois Noir

Een tweede vroeg seizoenswerkje, maar opnieuw: iets later dan nu, is het weghalen van jonge brandnetels - als ze net boven de grond komen. We hebben aan dit werk al eerder een stukje gewijd, zie de bijdrage Bois Noir, te vinden bij het onderwerp Ziekten in de informatiebalk boven, of via deze link: http://wijnbouw.blogspot.nl/2012/05/bois-noir-een-van-de-eerste-dingen-die_7739.html


Twee eerdere bijdragen over de echte meeldauw zijn eveneens te vinden onder Ziekten.


Copyright (c) Jet Wester 2013